Balans bouwfraude: Bos vervolgd, boetes verlaagd

 

Archief \ 2012 \ Juni \ 12 \ ECONOMIE \ NH_NL02_022

Balans  bouwfraude: Bos vervolgd, boetes verlaagd

Joep Dohmen Jos Verlaan

artikel artikel | Dinsdag 12-06-2012 | Sectie: ECONOMIE | Pagina: NH_NL02_022 | Joep Dohmen; Jos Verlaan

Klokkenluider Ad Bos is elf jaar na het begin van de bouwfraude nog steeds niet van justitie af. Ondertussen zijn de boetes voor de bouw-bedrijven fors verlaagd.

In het dossier van de bouwfraude valt een parallel te trekken met de bankencrisis van nu. Als je een ‘vitale’ sector’ in de Nederlandse economie bent, reikt de overheid je de helpende hand en draait de samenleving op voor de schade.  Zo gaat het met de banken, zo ging het met de bouwbedrijven.

Klokkenluider Ad Bos, die de bouwfraude onthulde, is anders behandeld. Voor het publiek was  hij een held, maar justitie vond dat Bos vervolgd moest worden.

Bos  bracht in 2001 naar buiten dat de bouwsector de samenleving jarenlang had getild door heimelijk prijs- en werkafspraken te maken bij de aanbesteding van bouwprojecten. De bouwers waren een criminele organisatie, vond de rechter. De affaire leidde tot maatschappelijke verontwaardiging en een in de pers breed uitgemeten parlementaire enquête.

Op die golf van verontwaardiging reageerde ook de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa). De eerste sancties die de NMa aan bouwbedrijven oplegde voor overtreding van de Mededingingswet waren stevig. In december 2003 kregen acht wegenbouwers een boete van 94,6 miljoen euro. Dat was voor het heimelijk verdelen van grote overheidsopdrachten in Noord-Holland. Volgens de NMa beging de  ‘Noord-Holland Acht’ een zeer zware overtreding.

Als de NMa zo was doorgegaan, was de maatschappelijke schade nog iets gecompenseerd. Volgens de NMa werd tussen 1998 en 2000 ongeveer één miljard euro te veel betaald voor grote infrastructurele projecten.

Maar dat deed de NMa niet. Na de eerste forse boetes kwam de bouwsector in het geweer, met als voornaamste argument dat het voortbestaan van bedrijven in gevaar was. De sector overlegde met  de  NMa, die uiteindelijk afzag van de standaard boeteregeling. Voor de wegenbouw, en later ook voor andere bouwsectoren, kwam er een speciale regeling en een versnelde procedure om lange juridische geschillen te voorkomen.

De bedrijven zouden alleen nog collectief verweer voeren, was de afspraak. Daar stond tegenover dat de nieuwe boeteregeling voor de bedrijven financieel zeer gunstig was. Zo werden de boetes afgemeten aan de omzet van één jaar en niet, zoals in de standaard regeling, aan de omzet van alle jaren waarin de wetsovertreding plaatsvond. Bij de bedrijven ging het om kartelafspraken over vier jaar (1998-2001). Alleen al deze maatregel betekende een inperking van de boetes met driekwart.

De verlaagde boetes zouden nog eens met 15 procent verlaagd worden voor wie meedeed met de versnelde procedure. Het merendeel van de bedrijven dat zichzelf meldde en schuld bekende, kon daarbovenop rekenen op een halvering van het resterende boetebedrag.

Dan was er nog een verlaging voor bedrijven die meebetaalden aan de schadevergoeding voor de overheid. En nog een korting voor ondernemingen die akkoord gingen met doorzending van documenten aan de Belastingdienst en nog een korting voor kleine bedrijven.

De NMa draaide ook opgelegde hoge boetes terug. De Noord-Holland Acht, die 94,6 miljoen boete hadden gekregen, zag dat bedrag in 2006 beperkt tot 53 miljoen euro en  vorige maand tot 38 miljoen euro.  Een van de argumenten was dat de bedrijven ten onrechte kortingen waren onthouden.

Was de standaard boeteregeling toegepast, dan had alleen al de wegenbouwsector (GWW) meer dan één miljard euro moeten betalen. Mede door de speciale boeteregeling kreeg de GWW in eerste instantie 234 miljoen euro boete. Na bezwaar en beroep is daar nu 92,8 miljoen van over, meldt de NMa in antwoord op een verzoek op basis van de Wet openbaarheid van bestuur (WOB). Van dat bedrag is 90,1 miljoen euro geïnd.

De andere bouwsectoren, utiliteitsbouw en installatietechniek, betaalden 70 en 40 miljoen euro boete. Het uiteindelijke bedrag voor de drie sectoren samen komt daarmee op 203 miljoen euro. In reactie zei een NMa-woordvoerster vanmorgen dat een fout gemaakt in het antwoord op het WOB-verzoek. Er wordt een nieuwe berekening gemaakt.

Een zwarte lijst voor frauderende bedrijven kwam er niet, ondanks aandringen van een deel van de Tweede Kamer. Volgens de regering kon het juridisch niet. Schadeprocedures van overheden volgden er evenmin. Na bemiddeling van de ministeries van VROM en Economische Zaken zijn in 2005 de claims van rijk, provincies en gemeenten door de sector afgekocht met 73,5 miljoen euro. In feite hoefde er maar 51,4 miljoen euro betaald te worden, omdat de afkoopsom aftrekbaar was voor de vennootschapsbelasting.

Na druk vanuit de Tweede Kamer ontving de Belastingdienst in 2004  belastende documenten van de NMa. Inspecteurs deden daarna 640 boekencontroles en vonden bewijzen voor belastingontduiking, zwart werk en valse facturen. Dat leidde tot 147 miljoen euro aan naheffingen.

Na elf jaar valt de balans op te maken: de samenleving kreeg 400 miljoen compensatie via boetes, terugbetalingen en naheffingen, na voor miljarden getild te zijn.

De Belastingdienst vond tijdens het uitpluizen van de boeken ook signalen voor corruptie. Dat leidde tot 33 strafrechtelijke onderzoeken. Voor de heimelijk werk- en prijsafspraken zelf vervolgde justitie slechts vier grote bouwbedrijven en twaalf managers. De meeste verdachten kregen geld- en taakstraffen. Het OM ging niet in hoger beroep tegen de lage straffen. Onder meer omdat de sector beterschap had beloofd.

Al met al bleef een justitiële doorlichting van de als corruptiegevoelig bekendstaande sector uit. Daar had justitie geen mankracht voor, verklaarde toenmalige minister Donner (Justitie, CDA) in de Tweede Kamer. Maar dat geldt niet voor Ad Bos zelf, hij wordt wel vervolgd voor omkoping van ambtenaren.

Justitie had geen tijd voor breed onderzoek naar corruptie in  bouw Onderzoek Ad Bos Het Gerechtshof in Amsterdam heeft gisteren besloten verder onderzoek te doen naar de vraag of Ad Bos in de bouwfraude-affaire terecht als verdachte is aangemerkt. Justitie begon in 2002 een zaak tegen de klokkenluider die de fraude onthulde, nadat hij eerst als getuige gehoord was. Bos zou ambtenaren hebben omgekocht toen hij directeur was bij bouwbedrijf Koop Tjuchem.

Op dit artikel rust auteursrecht van NRC Handelsblad BV, respectievelijk van de oorspronkelijke auteur.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Nieuwsbrief